In restaurant “Eten bij werelds” in Den Haag at ik ooit Dukkah. Dukkah is een Egyptische specerij-en-noten-mengsel wat in het restaurant geserveerd werd met brood en olijfolie. Je dipte het brood in de olie en vervolgens in de dukkah. Een hele aparte smaaksensatie: het frisse van korianderzaad, anijs en venkelzaad en het aardse van komijnzaad en het notige van de amandelen. En lekker crunchy! Zo kun je zelf dukkah maken.
Wat is dukkah?
Zelf dukkah maken
Wat heb je nodig:
- 50 gram ongezouten macadamia’s of pistachenoten
- 3 eetlepels sesamzaad
- 2 eetlepels komijnzaad
- 1 eetlepel karweizaad
- 1 eetlepel korianderzaad
- 2 theelepels grof zeezout
Hak de noten grof in een keukenmachine of blender of gebruik een vijzel.
Rooster de zaden in een droge koekenpan tot de geuren vrijkomen. Laat alles afkoelen en voeg de noten, zaden en zeezout samen. Maak eventueel nog wat fijner met vijzel of blender. Houd het grof, het moet geen poeder worden! Je kunt zelf kiezen hoe grof of fijn je de maling wilt, en er naar smaak nog meer (of minder) zout bij doen. Bewaar in een luchtdicht potje.
In plaats van macadamia’s of pistache kun je ook hazelnoten of amandelen gebruiken. Je kunt ook nog venkelzaad, peper, anijs of kardemom toevoegen.