Ik ben gefascineerd door de geschiedenis van ons eten. Het leek me dan ook leuk een serie te maken waarin ik de geschiedenis van beroemde gerechten en producten onder de loep neem. In dit deel van de serie twee onmisbare elementen met oud en nieuw: oliebollen en champagne!
Geschiedenis van beroemde gerechten
Oliebol
Oliebollen worden al eeuwen in Nederland gegeten. Al waren de bollen eerst plat….In de middeleeuwen bakte men oliekoeken in een klein bodempje raapolie, om het einde van een tijd van vasten na Sint Maarten te vieren. De koeken werden gemaakt van lang houdbare ingrediënten: meel en olie. Lekker vet en calorierijk, een goede bescherming tegen de winterkou!
Pas toen olie beter voorradig werd, kon – in een flinke pan olie – de oliekoek een ronde vorm gaan aannemen. Op dit schilderij van Aelbert Cuyp uit 1652 beginnen de koeken al wat meer op de hedendaagse oliebol te lijken.
Pas in de loop van negentiende eeuw werd het woord oliebol vaker gebruikt. In 1868 nam Van Dale het woord ‘oliebol’ op. In de negentiende eeuw werd de oliebol een traditionele lekkernij rondom oud en nieuw.
Tussen 1993 en 2017 organiseerde het Algemeen Dagblad 24 jaar lang de Oliebollentest. Welke oliebollenbakker bakt de lekkerste oliebollen? Na ophef over de objectiviteit van de test is het Algemeen Dagblad met de test gestopt.
Champagne
Ontdekker van de bruisende champagne zoals we die vandaag de dag drinken was de Benedictijner monnik Dom Perignon (1638-1715). Hij was keldermeester in de abdij van Hautvillers, ten zuiden van Reims. Dom zocht naar steeds betere methoden voor het persen van druiven en het mengen van wijn. Jaren experimenteerde hij met het fenomeen tweede gisting: hierbij ontstaat een natuurlijk koolzuurgas in de wijn. Want wist je dat voor 1668 champagne ‘stil’ was (niet bruisde dus)?
Het probleem met de tweede gisting? De flessen bleven exploderen door de enorme druk van de bubbels. Dom Pérignon ontdekte dat het vastmaken van de kurk met ijzerdraad zorgde dat de druk in de flessen bleef. Ook slaagde hij erin de drukkracht in de fles te verlagen waardoor deze niet meer kon ontploffen.
En de monniken hadden nog een geheim: zij wisten de wijn na deze tweede gisting dusdanig te klaren, dat deze helder werd. Dit geheim werd jaar na jaar doorgegeven van keldermeester op keldermeester maar ging verloren door het onverwachts overlijden van één van hen. De keldermeesters erna ontwikkelden een nieuwe methode, de méthode champenoise. Dit is nog steeds de wettelijke erkende methode voor het maken van champagne.
Dom Perignon is een champagne van champagnehuis Moët & Chandon. Het is een cuvée de prestige, de beste champagne van het huis die alleen in de allerbeste jaren geproduceerd wordt met druiven uit eenzelfde jaar.
Voor de basiswijn van champagne worden drie verschillende druivenrassen gebruikt: pinot meunier, pinot noir en chardonnay. Verschil in smaak komt door de variatie in de verhouding tussen deze drie druiven en door de duur van de tweede gisting.
Meer lezen over de geschiedenis van beroemde gerechten?